Van Begin tot Einde
Van Schepping tot Wederkomst

Home - Sitemap - Inhoud

 


Hemeltijd en hemelleven


Het stervensuur 
De moordenaar aan het kruis vroeg aan Jezus hem te willen gedenken, als de Here in Zijn Koninkrijk zou gekomen zijn, waarop Jezus hem antwoordde: "Heden zult gij met Mij in het paradijs zijn" (Luk.23243). Toen Jezus deze woorden sprak waren Hij en die moordenaar nog op de aarde, in de wereld. Was dat "heden" dus nog onderdeel van de "tijd". Geldt deze tijd ook nog in het geval waar de apostel Paulus spreekt van: "uit het lichaam uitwonen en bij de Here inwonen?" (II Cor.5:8). Of is hier sprake van aardse tijd (het stervensuur) voorafgaand aan het daarna bij de Here zijn in de hemel, alwaar alle "aardse tijd" ophoudt, omdat de ziel dan vertoeft in de eeuwigheid, waar geen tijd meer is naar onze aardse begrippen.
 
Eeuwigdurende tijd
Of moeten wij spreken van "eeuwigdurende tijd"; dat is dus tijd waaraan geen einde komt. In deze laatste tijd geraakte dus ook de moordenaar, aan wie Jezus de belofte deed, de verzekering gaf. Dezelfde begrippen komen naar voren in: "volgens mijn ernstige verwachting en hoop, dat ik in geen ding zal beschaamd worden, maar dat in alle vrijmoedigheid, gelijk altijd alzo ook nu Christus zal grootgemaakt worden in mijn lichaam, hetzij door mijn leven, hetzij door de dood" (Filip.1:20).
 
Een tussentijd  
Hier komen twee werkelijkheden naar voren, namelijk:
- de grote toekomst-verwachting die er nog niet is,
- de dood, die er als onmiddellijke werkelijkheid wel is.

Wij kunnen dan in dit verband ook wel spreken van een "tussentijd", en verwijzen, in dit geval naar bijvoorbeeld Openb.6:10 - "Hoelang, o Heilige en waarachtige Heerser oordeelt en wreekt Gij ons bloed niet van degenen die op de aarde wonen? " en "Zalig zijn de doden die in de Here sterven, van nu aan. Ja, zegt de Geest, opdat zij rusten mogen van hun arbeid;..." (Openb..14:13). Letten wij op hetgeen geschreven staat in Openb.10:6,...

"En Hij zwoer bij Dien, Die leeft in alle eeuwigheid, Die de hemel geschapen heeft en hetgeen daarin is, en de aarde en hetgeen daarin is, en de zee en hetgeen daarin is, dat daar geen tijd meer zal zijn", dan is het voor ons zonder meer duidelijk, dat er in de afwikkeling van het raadsplan God's een ogenblik komt waarin alle spanning in de tijd, welke wij mensen kennen, geweken zal zijn; en voor het besef van hemellingen "dood-oordeel-opstanding" samenvallen. Immers zijn zij uit de tijd !!!
 
Ruimte en tijd
Wij mensen zijn geschapen in ruimte en tijd.
De Bijbel zegt ons dit duidelijk in het scheppingsverhaal. God is de Ene en Enige, Die boven de tijd staat. En als wij belijden te geloven een eeuwig leven te erven, dan betekent "eeuwig": nieuw, intens, heilig en altijd durend.
 
Ons stervensuur

Tussen onze tijd hier en onze tijd straks aan de overzijde (in de hemel) ligt een heel diep ingrijpend "punt des tijds", namelijk "ons stervensuur" 

Ons leven in deze beide tijden is verschillend, wat blijkt uit Mark.12:25; Luk. 20:35). Alles wordt immers nieuw. "Naar onze bescheiden mening wordt dan ook in de hemeltijd vervuld en verheerlijkt, wat op aarde voor Jezus en in Christus werd gedaan. Hoe zou Jezus anders kunnen spreken van: "Ziet, Ik kom haastiglijk, en Mijn loon is met Mij, om een iegelijk te vergelden, gelijk zijn werk zal zijn?" (Openb.22:12).

Het ontvangen nieuwe leven gaat mee in de lofzangen op het Lam God's, Dat ons heeft gekocht met Zijn bloed. Alle tranen worden uit onze ogen gewassen. Met andere woorden: daar zullen geen herinneringen zijn, die ons pijnigen. Amen.
In het mogen verstaan en doorzien van alle raadselen die er waren en van God's leiding in ons aardse leven, wordt de dankzegging recht diep van toon, zoals door de psalmdichter gezongen: "Gij zijt heilig, wonende onder de lofzangen Israëls" ....."Immers zullen mij het goede en de weldadigheid volgen al de dagen mijns levens, en ik zal in het Huis des Heren blijven in lengte van dagen". Geloofd zij de Naam des Heren.

Alles gaat zegenend met ons mee naar de toekomst, die een zaak is van blijde verwachting. Raakten vele Christenen diep ontroerd bij het zingen van liederen, die doortrokken waren van "hemelverlangen", zonder meer, in onze tijd slaat men door naar de andere kant en dreigt men zelfs vervreemd te raken van wat Paulus bedoelde toen hij schreef, dat het "bij de Here gaan inwonen" verreweg het beste is. Men meent ten onrechte, dat dit hemel verlangen getuigt van een soort "zaligheids egoïsme" - in strijd met onze verantwoordelijkheid in de gemeenschap der heiligen.

De Bijbelse visie op het hemelleven is, dat daar geen ruimte is voor individualisme, omdat wij immers opgenomen worden in de gemeenschap van de triomferende Gemeente en met het glorieuze Lichaam. En in deze gemeenschap beleeft een ieder zijn eigen "geheim" met alle heiligen, Halleluja: Amen. (Openb.2s17,.. "de nieuwe naam" en Ef. 3:18.  De apostel Johannes heeft "het troostboek" van de Bijbel, "De Openbaring" geschreven en gezonden aan de Gemeenten in de tijd van de martelaren. Er was in de eerste Gemeente, blijkens een vraag die eens aan de apostel Paulus werd gesteld, ongerustheid over het lot van hen, die al eerder in de Here gestorven waren. Paulus heeft toen zin antwoord gegeven, zoals vermeld in 1 Thess. 4: 13-18.
 
Wat leren wij hier verstaan?
De laatste discriminatie ten opzichte van de vorenbedoelde gestorvenen wordt hier weggenomen. Ook zij, die voor Christus' komst gestorven zijn, dan wel komen te sterven, worden hier zonder reserve "zalig" genoemd. Na hun zwoegen tijdens hun aardse leven zullen zij eindelijk rust hebben.Het leven van velen is immers vol moeiten en verdriet. Ons werken is geworden tot arbeiden, en hieraan kleven dikwijls bloed en zweet en tranen.
In de Here sterven betekent nu (VAN NU AF AAN) rust,... rusten ook van (niet meer te maken hebben met) moeite, bloed, zweet en tranen, en enkel zich verheugen in hemelse zaligheid. Toch is hemelse rust niet een "zalig-niets-doen" zoals velen veronderstellen. In tegendeel: is het hier in de wereld een "school", ginder wacht ons "de Hoge School". Hemelse rust heeft evenals hemellied een feestelijke klank. Het duidt blijde sfeer en stemming aan, waarin, van alle zorg ontslagen, geleefd en gewerkt wordt in "nieuwe creativiteit".
 
Waar gaat het dus om?
Het gaat er om dat WIJ in ons denken aan dat hemelleven niet in een soort zaligheids egoïsme verward raken. Daar zal leven ook dienen zijn,.., dienen in volmaakte liefde, in diepe dankbaarheid en aanbidding. Nu begrijpen wij beter waarom Paulus dit leven "winst" noemt vergeleken bij zin dienst op aarde: Het is voller, zuiverder, rijker en krachtiger. : "Nu zien wij nog als in een spiegel, maar dan van aangezicht tot aangezicht. Thans kennen wij slechts ten dele, maar dan ten volle... "(1 Cor, 13:12-13). De apostel stelt dus tegenover het leven hier en nu als een "zaak van geloof", het leven in de hemel als een "zaak van aanschouwen":

Wat betreft dit "aanschouwen", willen wij nu nagaan wat de schrijver van de Brief aan de Hebreeën zegt. Hij "typeert" de fase van God's verlossingsplan , waarin wij ons bevinden als von gekomen zijn tot het hemels Jeruzalem met zijn tienduizenden engelen, de feestelijke vergadering der eerstgeborenen, die opgeschreven zijn de hemelen (12:22-23). .Wat ons in deze Brief verzekerd wordt zullen wij dieper verstaan, als wij Jezus zien. "Voor korte tijd beneden de engelen gesteld, vanwege doodsangst en lijden, opdat Hij door God's wondere genade voor een ieder de dood zou smaken, zien wij Hem in de hemel gekroond met heerlijkheid en ere"| (2:9).
 
De Hogepriester
Wij hebben immers een Hogepriester, Die gezeten is aan de rechterzijde van de troon der Majesteit in de hemelen. Over wat Hij doet, zegt de geïnspireerde schrijver: "Want Christus is niet ingegaan in het heiligdom, dat met handen gemaakt is, hetwelk is een tegenbeeld van het ware, maar in de hemel zelve, om nu te verschijnen voor het aangezicht God's voor ons, (9: 24). Hij pleit en bidt voor ons "(Rom.8:34). En wat betekent dit voor hen, die nu-al-met-Hem-in-de-hemel zijn ....(Filip. ), die met Hem meebidden, die leven in aanschouwing, die "het" gegrepen hebben, die met Hem op tronen zitten (Openb.5)? Wij kunnen er iets van vermoeden, maar het geheim niet onthullen. Wij zullen moeten wachten tot wij erbij zijn; Ja, Amen.
 
Een wolk van getuigen
En wat betekent deze openbarings-werkelijkheid voor ons, HIER EN NU?  In Hebr.12 worden wij herinnerd aan de grote schare, die ons reeds is voorgegaan, en die als een wolk van getuigen" ons wordt voorgesteld. Zullen wij, zoals zij eenmaal, ons inspannen om in de arena van dit leven de strijd te winnen? Alles op alles zetten, om de prijs van God's roeping te winnen?? Het beste wat wij kunnen doen, is ons strikt houden aan de raadgeving:
"Daarom dan ook,...., laat ons afleggen alle last en de zonde die ons lichtelijk omringt, en laat ons met lijdzaamheid lopen de loopbaan die ons voorgesteld is, ziende op de Overste Leidsman en Voleinder des geloofs JEZUS; Die voor de vreugde welke Hem voorgesteld was, het kruis heeft verdragen, en schande veracht, ..... aanmerkt Deze, Die zodanig een tegenspreken van de zondaren tegen Zich heeft verdragen, opdat gij niet verflauwt en bezwijkt in uwe zielen" (v.v. 1-3).

Het gaat er dus om, dat wij Jezus Christus kennen, zo, dat wij de kracht van Zijn opstanding ervaren. Ons vaderland is in de hemel, vanwaar wij dan ook de Here Jezus Christus verwachten. Hij zal ons armzalig lichaam herscheppen om het gelijkvormig te maken aan Zijn verheerlijkt lichaam. Daarom: blijft standvastig in de Here: (Filip.3:20-21).

 


Home | Sitemap | Inhoud